zaterdag 7 mei 2016

Loreley

Langs de Rijn is het vaak saai fietsen. Ik was er al bang voor, honderden kilometers rivier. Het uitzicht aan de overkant is mooi, met heuvels en om de haverklap -op strategische punten lijkt me- een al dan niet vervallen kasteel. Vele kilometers leg ik af over het fietspad, ingeklemd tussen de rivier links en een tweebaansweg en spoorbaan voor personenvervoer rechts. Aan de overkant van de Rijn denderen goederentreinen voorbij in een tempo waar de Betuwelijn alleen maar van kan dromen. Klimmen hoef ik nagenoeg niet.

De  rivier trekt toeristen, fietsers, dagjesmensen. Het leven erlangs is ingericht op het ontvangen en vermaken van die mensen. Aan café's en terrassen geen gebrek. Maar voor mij ontbreekt er iets. Je trekt zo langs het leven, niet erdoor. Ik mis boeren, bakkers, slagers, spelende kinderen op straat en zelfs blaffende honden. Het fietst zo keurig, daar langs de Rijn. De enkele keer dat de route een kleine omweg maakt, is om je door een Römische Straße of langs Romeinse restanten te laten gaan. De mooiste stukken zijn die een eind van de rivier af liggen, als er nog koeien grazen tussen fietspad en water.


Toch blijft er genoeg moois te zien en kom ik voorbij magische plaatsen. Zoals de Loreley, waar het verhaal gaat dat schepen op de rots te pletter sloegen, omdat de schippers zich  in de war lieten brengen door de nimf Loreley. Beelden van de rots herinner ik me uit Heimat 3, het gefilmde epos van Ernst Reitz over de familie Simon uit Schabbach. Verrast ben ik als ik iets verder een verwijzing naar de film tegen kom, de villa van componist Herman is te bezoeken.


Als ik Mainz nader verandert de route, het fietspad voert wat verder van de rivier en gaat door veel groen. Ik ga door een aangelegd landschap waar op ecologisch verantwoorde manier met waterbeheer wordt omgegaan. Dat staat tenminste op de verklarende borden. Het gebied heet ook in goed Duits een polder. Ik vraag me af of dit ook een natuurcompensatiegebied is. Op een lantaarnpaal zit een roofvogel in alle stilte. Aan het profiel herken ik de haviksneus.


Nog wat later fiets ik tussen volkstuinen door en kom ik de kinderen en honden tegen. Het valt me op dat het vooral Turkse mensen zijn die het land bewerken. Intussen was mijn grootste tegenspeler, de wind, me allang weer vriendelijk gezind. Het weer is heerlijk, de vaart zit er in. Op de laatste twee kilometers raak ik alsnog de weg kwijt. Maar als ik eenmaal hotel Zum Engel heb gevonden, aan de oever van de Main, duurt het niet lang eer ik geniet van een heerlijk glas bier.

Ik fietste 101 km De route is te bekijken op https://www.strava.com/activities/568140193

Geen opmerkingen:

Een reactie posten